In de vorige column is beschreven dat er een nieuw wetsvoorstel ter consultatie is voorgelegd. Dit wetsvoorstel behelst de modernisering en aanscherping van de regels rondom het concurrentiebeding. In deze column worden de voorwaarden waar nieuwe concurrentiebedingen aan moeten voldoen besproken en wordt er ook gekeken naar de gevolgen voor de reeds bestaande concurrentiebedingen.
Als dit wetsvoorstel wordt aangenomen worden de bestaande regels die gelden voor het concurrentiebeding aangescherpt. Zo kan een concurrentiebeding maximaal één jaar effect hebben na het einde van het dienstverband en moet deze ook schriftelijk aan de werknemer, die 18 jaar of ouder moet zijn, kenbaar worden gemaakt. Het verstrekken per e-mail is hierbij ook voldoende. Het gebied waarin de werknemer niet mag werken moet duidelijk vermeld zijn in het beding en de werkgever moet de werknemer een vergoeding betalen wanneer een beroep op het concurrentiebeding wordt gedaan. Deze vergoeding is 50% van het laatstverdiende maandloon. Dit geldt dan voor elke maand dat het concurrentiebeding wordt ingeroepen. Als laatste moet ook het zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelang voor een concurrentiebeding voldoende worden gemotiveerd voor alle arbeidsovereenkomsten. Op dit moment geldt dit alleen voor tijdelijke arbeidsovereenkomsten. Als het concurrentiebeding niet aan één of meer van deze vereisten voldoet dan is het beding nietig.
De grootste verandering in dit wetsvoorstel ten opzichte van de al bestaande wet is het betalen van de vergoeding. Goed om te weten is dat de werkgever bij het einde van de arbeidsovereenkomst een keuze heeft of hij de werknemer aan het concurrentiebeding gaat houden en of er dus een vergoeding moet worden betaald. De werkgever kan ook de keuze maken om de werknemer niet aan het concurrentiebeding te houden. Dan hoeft hij ook geen vergoeding te betalen. Deze keuze moet de werkgever binnen een maand voor het einde of 14 dagen na het einde van het dienstverband aan de werknemer laten weten. Dit hangt af van de manier waarop het dienstverband tot zijn einde komt. Als de werkgever ervoor kiest om de werknemer aan het beding te houden moet hij de concurrentiebedingvergoeding in één keer vooruit betalen aan de werknemer.
Als dit wetsvoorstel wordt aangenomen heeft dit ook gevolgen voor de geldigheid van de bestaande concurrentiebedingen. Het is niet het geval dat deze al bestaande concurrentiebedingen nietig worden verklaard als zij niet aan de nieuwe vereisten voldoen. Wel zijn ze nog maar één jaar geldig. Ook voor deze werkgevers geldt dat zij een vergoeding moeten betalen aan de werknemer als zij het concurrentiebeding wil gaan handhaven. De werkgever moet dan ook schriftelijk en tijdig aan de werknemer laten weten of en zo ja voor hoe lang hij de werknemer aan het concurrentiebeding wil houden.
Advies arbeidsrecht advocaat nodig?