De mogelijkheid bestaat om een schenking of gift te doen aan een dierbare, die pas na het overlijden wordt uitgevoerd. Het voordeel is dat de schenker er bij leven geen last van heeft. De verzorgingsgedachte van partners om elkaar goed achter te laten na overlijden kan nog wel eens verkeerd uitpakken.
In een recente kwestie bij het hof in ’s-Hertogenbosch (ECLI:NL:GHSHE:2023:3196) was dat het geval. A en B woonden samen sinds 2019. A had één kind en B was hiervan niet de ouder. A en B hebben tijdens leven, in juli 2020, een overeenkomst met elkaar gesloten. De langstlevende partner zou bij overlijden van de andere partner, met het oog op financiële zekerheid van de langstlevende, een geldbedrag van de persoonlijke bankrekening van de overledene naar de gezamenlijke bankrekening mogen overmaken.
A overleed en liet haar kind na als enig erfgenaam. Na het overlijden van A, heeft B uitvoering gegeven aan de overeenkomst door een geldbedrag van de persoonlijke rekening van A naar de gezamenlijke bankrekening over te maken. Het kind van A heeft op zijn beurt terugbetaling van de volgens hem onrechtmatig verkregen gelden gevorderd.
Een schenking bij dode moet voldoen aan een aantal vereisten. Volgens het hof volgt uit de bewoordingen van de overeenkomst tussen A en B dat er sprake is geweest van een schenking, nu er geen tegenprestatie tegenover staat. Ook volgt uit de overeenkomst dat de schenking slechts opeisbaar is na overlijden van de eerst overledene partner en de overeenkomst ziet niet op een verarming bij leven. Het hof komt daarmee tot de conclusie dat er sprake is van een schenking bij dode.
Op grond van artikel 7:177 lid 1 BW vervalt zo’n schenking bij dode met het overlijden van A, tenzij de schenking door A persoonlijk is aangegaan en hiervan een notariële akte is opgemaakt. Nu er geen notariële akte is opgemaakt, is de schenking bij dode komen te vervallen. B zal het geldbedrag moeten terugbetalen aan de nalatenschap van A.
Indien de schenking betrekking zou hebben gehad op kleren, lijfstoebehoren, bepaalde sieraden, bepaalde boeken en/of bepaalde goederen uit de inboedel, hadden A en B kunnen volstaan met een handgeschreven briefje, voorzien van de datum en een handtekening.
Wenst u uitvoering te geven aan de verzorgingsgedachte ten behoeve van een dierbare door middel van een schenking van geld bij dode? Let er dan op dat u dit vastlegt in een notariële akte!
Advies erfrecht advocaat nodig?